Naaktverbod in gebiedsregels, mag dat wel?
In sommige natuur- of recreatiegebieden is naaktrecreatie expliciet verboden in de gebiedsregels. Vaak zijn deze recreatie terreinen in eigendom. Mag de eigenaar naaktrecreatie hier niet toestaan? Het antwoord is ja, dat mag. Is naaktrecreatie hier dan (strafrechtelijk) verboden? Nee, niet als de rechter oordeelt dat de plek geschikt was voor naaktrecreatie. Op deze pagina lees je hoe het precies zit.
Soms staat in een terreinreglement van een natuur- of recreatiegebied een expliciet verbod op naaktrecreatie vermeld. Voorbeelden hiervan zijn het Nationaal Park Zuid-Kennemerland en het Larserbos. Reden voor NFN Open & Bloot om meerdere juristen om advies te vragen.
Het verbod lijkt in strijd met de toelichting op het artikel over naaktrecreatie (artikel 430a Wetboek van Strafrecht). Hieruit concludeer je namelijk dat je bloot mag recreëren op openbare plekken die hiervoor zijn aangewezen of die voor naaktrecreatie niet ongeschikt zijn.
Artikel 430a WvS en eigendomsrecht
Verschillende partijen zijn betrokken bij een recreatieterrein. Zo wordt het bestuur van Nationaal Park Zuid Kennemerland gevormd door het Overlegorgaan, waarin eigenaren, beheerders en bestuurders zijn vertegenwoordigd. En dan geldt het eigendomsrecht: gebiedseigenaren mogen zelf bepalen wat er op hun terrein gebeurt en dit vastleggen in een reglement. Uiteraard mogen die gebiedsregels niet in strijd zijn met de wet.
Het gebruik voor naaktrecreatie niet toestaan is niet in strijd met de wet. Artikel 430a WvS beschrijft weliswaar wanneer je strafbaar bent als je bloot recreëert, maar hieruit volgt niet dat naaktrecreatie een absoluut recht is. In artikel 430a WvS staat uitsluitend dat je een bekeuring kan krijgen als je bloot recreëert op een plek die de gemeenteraad hier niet voor heeft aangewezen én die ongeschikt is voor blootrecreatie.
Naaktrecreatie als zodanig is dus géén recht, zoals bijvoorbeeld ‘het recht op vrije meningsuiting’. En meteen voor alle duidelijkheid: dit betekent dat je mag zeggen en schrijven wat je wilt, je mag lezen, luisteren en kijken wat je wilt, zodat je je op basis daarvan een mening kan vormen. Naakt recreëren is dus géén onderdeel van ‘het recht op vrije meningsuiting’.
Maar wat als jij toch bloot wandelt of zont, waar dit in een terreinreglement verboden wordt? Allereerst ben je dus gewaarschuwd. Een handhaver kan je vragen je kleding aan te trekken en je sommeren het park te verlaten als je dit niet doet. En hij kan een bekeuring geven voor bloot recreëren op een niet hiervoor aangewezen plek. In dat geval komt artikel 430a WvS om de hoek kijken. Het is dan aan jou of je de boete betaalt of hiertegen in verzet gaat. De zaak komt dan voor de strafrechter, die op basis van artikel 430a WvS zal bepalen of de boete terecht of onterecht is opgelegd.
Terreineigenaren mogen gebruiksregels stellen. Maar komt het tot een strafrechtelijke boete en rechtszaak, dan kan de strafrechter de boete wegnemen als de plek op het moment en tijd van bekeuren niet ongeschikt was voor naaktrecreatie.
Jurisprudentie
Op onze jurisprudentiepagina is bij punt 6 een voorbeeld waar de rechter een streep haalt door een terreinreglement.
In 2021 lukte het afvalverwerker Attero in het Drentse Wijster niet om naaktrecreatie strafbaar te stellen bij de plas op haar terrein. Hier wordt op verschillende manieren gerecreëerd, waaronder bloot zonnen. Eén van de bekeurden tekende verzet aan tegen de bekeuring en kreeg hierin ondersteuning van NFN. Het Openbaar Ministerie seponeerde de zaak: er was onvoldoende bewijs dat de plek ongeschikt was voor naaktrecreatie.